Martien is de broer van onder andere Leo en ook Jan van Overbeek, zoons van de fietsenmaker aan de Bleijenhoek. Hij koos niet voor de basketbalclub en ook niet voor de zwemvereniging. Bij hem werd en bleef het Bladella.

“Mijn basisschool stond nog tegenover de kerk. Bij ons heette dat nog de lagere school. Toen ik er na de zesde klas vanaf kwam, in 1963, heb ik me in augustus of september aangemeld als lid van voetbalvereniging Bladella. Daarvoor moest je bij Toon Jansen in de Kloostertuin zijn. Iedereen kende hem toen als Toon de Smet. Ik was tot dan toe bij de scouting, bij de Welpen. Ik stond daarbij voor de keuze tussen het overgaan van de Welpen naar de Verkenners of weg te gaan bij de scouting en te gaan voetballen. Deze keuze was voor mij helemaal niet moeilijk omdat het invullen van mijn vrije tijd voor het allergrootste deel bestond uit voetballen, voetballen en nog eens voetballen.”

Naar de Smagtenbocht
In het jaar 1963 maakte Bladella de oversteek van het voetbalveld aan de Sportparkstraat, midden in het dorp, naar de Smagtenbocht. Het café van Miet van Bommel was niet langer clublokaal. Ondanks dat het een tijdlang nog vertrekpunt bleef voor de senioren, met het kastje met programma en teamindeling aan de muur, werd het café toch steeds minder belangrijk voor de voetbalclub. Bladella genoot op de nieuwe plek lange tijd naam en faam als het mooiste voetbalcomplex van de Kempen. De carrière van kleine talent Martien van Overbeek ging in dat jaar 1963 in het stadionneke aan de Bossingel van start. Waarschijnlijk.
“Ik denk inderdaad dat ik op het nieuwe sportpark De Smagtenbocht ben begonnen. Maar dat weet ik niet zeker. Uit betrouwbare bron heb ik begrepen dat Swiebertje en Bromsnor het sportpark officieel hebben geopend. Wie kent die twee artiesten nog? Zij waren toen bij ons heel bekend van de eerste jeugdprogramma’s op de TV. De meeste mensen kregen in die jaren hun eerste zwart-wit TV-toestel. Geweldig, die programma’s op woensdag- en zaterdagmiddag. Ik was op het sportpark dus in goed gezelschap. Ik ben in dat seizoen 1963/1964 in C1 begonnen. Dat was de afdeling voor de groep van 12 tot 14 jaar. Op het veld was ik rechtsbinnen, later noemden ze dat rechtshalf. Daarna speelde ik drie seizoenen in B1. Normaal was dat twee jaar in één afdeling maar ik kreeg één jaar dispensatie.

Kampioen worden
Met dat team van B1 werden we kampioen in het seizoen 1965/1966. Daarna speelde ik twee jaar in A1, de hoogste jeugdafdeling. Ik voetbalde in die tijd met Ger van Beers, Ad Roijmans, Wim Adams, Frans v.d. Hoogen, Adrie Vermeeren, Jac Sol, Kees van Sambeek, Louis Wouters, Ad van Steensel, van Schepkes. Ook speelde ik met Wil Sleddens, de zoon van Vic Sleddens voor de wat oudere Bladella-leden en keeper Tonnie van Lierop. Vanaf B1 stond ik ook bij Edu Kneefel, Hans Adams, Frans Roymans, we noemden hem Joeske, en Stef Ronken in het team. Ongetwijfeld ben ik van al die medespelers er wel een paar vergeten.”

Een prima jeugdafdeling
Bladella speelde in de competitie tegen onder andere Reusel Sport, EFC, Rood Wit Veldhoven, Marvilde, Budel, Valkenswaard, de Valk, Tongelre en ook Bergeijk. A1 was een befaamd team met talentvolle spelers. Jeugdleiders als Cees van Opstal, Dries van Sambeeck en Henk Duis zorgden jarenlang voor continuïteit, Geert Roijmans voor een degelijke opleiding voor spelers en coaches en later ook voor clubscheidsrechters. Het ging de jeugdafdeling van Bladella in de jaren zestig en zeventig voor de wind

Bij de senioren
“Toen ik 19 was ben ik overgestapt naar de senioren. Ik heb twee jaren in de selectie gespeeld. Het eerste jaar heb ik actief gevoetbald in het tweede elftal. We hadden de ‘legendarische’ Kees Luijten als elftalleider. Hij had altijd genoeg sinaasappels bij zich!!! Ik heb nog enkele namen van destijds bij elkaar gezocht: Fred Klerkx, Tiny Thijssen, Jan Beijsens, Frans Hoskens, Ad Beerens, Ad van Steensel (Schep), Jan Smets, Frans Roijmans en ook Frans Pijnenburg. Het tweede jaar stond ik ook bij de selectie, maar alleen op papier. Ik denk dat ik dat seizoen geen enkele wedstrijd heb gespeeld want vanaf september 1971 was ik verplicht in militaire dienst. Na die diensttijd speelde ik vier seizoenen in het derde. Eén keer werden we daarbij met ons elftal ongeslagen kampioen. Daarna balde ik vier jaar in het vierde elftal. In 1979/1980 ben ik aan mijn knie geblesseerd geraakt. Dat was het begin van jaren ‘sukkelen’. Toen ik 33, of 34, jaar oud was heb ik me aangemeld bij de veteranen van Bladella. Destijds was dat nog een ‘aparte’ tak in de voetbalvereniging. Daar heb ik toch nog 13 of 14 seizoenen jaren fijn kunnen voetballen.

‘Sportieve pingelaar’
Toen Martien 47 jaar oud was is hij, de sportieve pingelaar, noodgedwongen gestopt met voetballen vanwege die zeurende knieblessure. ‘Sportieve pingelaar’ is een typering van Gust van Herk. Zoals toentertijd gebruikelijk werden spelers die bij Bladella overgingen van de jeugd naar de senioren jeugdleider op de zaterdag, en ook jeugdtrainer. Vanaf zijn 18e was Martien jeugdleider van de D-groep, jongens tussen de 10 en de 12 jaar. Hij bleef dat voor een periode van 15 jaar en rond de eeuwwisseling was hij nog eens drie seizoenen jaren leider van C2.
“Ik wil het niet hebben over mijn ‘verdiensten’ voor Bladella maar één ding wil ik daar toch wel uitlichten. Ik heb in 1977 hoogstpersoonlijk mijn zwager Peer Hooijen overgehaald om ook jeugdleider te worden. Peer heeft toen meteen ‘toegehapt’ en is begonnen als jeugdleider van D5, samen met Peter Daniels (Peer Mus). Het gevolg van deze stap van Peer zal iedereen wel bekend zijn. Laat ik het zo zeggen: Peer nog steeds sterk verbonden met ‘zijn’ voetbalclub Bladella en het sportpark is het nog steeds zijn tweede thuis.

Naar het urste
Ik moet toegeven dat ik tegenwoordig niet zo vaak meer op het sportpark kom. Voorheen ging ik bij thuiswedstrijden van het eerste elftal op zondagmiddag regelmatig kijken. Ik stond toen aan de zijlijn, aan de ‘overkant’, meestal bij Geert Grimbergen, Ad Roijmans en Toon van Steensel, Tuntje Schep. Maar gaandeweg, na het overlijden van Toon, ben ik steeds minder gaan kijken. Vorig seizoen heb ik maar twee wedstrijden gezien, tegen Reusel-sport en kampioenswedstrijd tegen Braakhuizen. Maar ik ben verder iedere week toch nog wel benieuwd naar de uitslagen. Zwager Peer appt nog regelmatig de uitslagen door. De term van ‘rustend lid’ is dus zeker wel op mij van toepassing.”

Passieve sporter
Thuis volgt Martien passief nog veel sporten, vooral op TV. Met name voetballen, wielrennen, atletiekkampioenschappen, darten, schaatsen en, als het zo uitkomt bij het ‘Nederlands’ team, hebben ook handbal of volleybal zijn belangstelling.

“En verder? Ik ben al vanaf 2016 met pensioen. Vanwege, zeg maar, fysieke ongemakken sport ik niet meer. Wel wandelen en fietsen mijn echtgenote en ik graag. Verder besteden wij veel tijd met het oppassen op de kinderen van mijn twee zoons. Ik ben opa van drie kleindochters. Dat worden dus geen voetballers, misschien later voetbalsters. Welke sport ze later eventueel gaan doen vind ik niet belangrijk. Daarnaast wandel ik elke woensdagmorgen, als de weergoden het toelaten, met Bladella-vrienden als Peer Hooijen, Gust van Herk, Harrie Korsten, Piet van Spreuwel en No van Beers. We maken vanuit het sportpark een ‘rondje’. Dat is altijd wel gezellig en dan wordt er heel wat ‘bijgepraat’. Dat is een leuk groepje om toch nog wat feeling te houden met het wel en wee van Bladella. Tot slot, ik wens Bladella nog een goede en sportieve toekomst en wens iedereen een gezond 2024.

Kampioen met B1 in het seizoen 1965/1966
Staande v.l.n.r. Toon Jansen (de Smet), Frans van de Hoogen, Louis Wouters, Wil Sleddens, Kees van Sambeeck, Adrie Vermeren, Jac Sol.
Zittend v.l.n.r. Adje van Steensel (Schep), Ger van Beers, keeper Tonnie van Lierop, Wim Adams, Martien van Overbeek en Ad Roijmans (d'n dikke).

Kampioen met Bladella 3 in het seizoen ....?
Staande v.l.n.r. Toon van Steensel (Schep), Ger van Beers, Theo van de Voort, Jan Duis, Harrie van Rooij, broer Jan van Overbeek, leider Jos Dooleweerd.
Gehukt v.l.n.r. Ad (Jaon) Beerens, Martien van Overbeek, Jan Smets, keeper Toon Luijten, Leo van Gestel, Jac van Litsenburg en Fred Jansen.

Bladella 4 in het seizoen 1971/1972 (?)
Staande v.l.n.r. Nellie Kraaijvanger (sponsor), Ad van Luffelen, Ger van Beers, Peter (Peer) van de Sande, Theo van de Voort, Peter van Ingen, keeper Ad Verbeeck, Jan Duis, vlagger Frans Veron.
Gehukt v.l.n.r. Johan van Herk, Martien van Overbeek, Toon (Tuntje) van Steensel (Schep), aanvoerder Jan van de Kaa, Gerard van Dorst (knakkie), Wout van Gompel (Poes) en Gerard van Limpt.

Kampioen met Bladella D3 in het seizoen 1977/1978
Staande v.l.n.r. Toon van Steensel (Tuntje Schep), Hein van Eekert, Alex van Rooij, Wilbert Groenen, Woutje Dekkers, Edgar Jansen, Martien van Overbeek, Theo Kraaijvanger.
Gehukt v.l.n.r. Paul Brekelmans, Peter Cosijns, Eddie Daniëls, keeper Edmond van Bommel, Eric Jansen, Ruud Kneefel, Corné Lavrijsen, Evert Lavrijsen, John van Limpt. (rechts op de achtergrond Jan Cosijns)